Enige tijd geleden werd ik gevraagd mee te denken met een organisatie die bezig was een tweede locatie voor hun werk op te zetten.
Het idee was dat als hun normale locatie onbeschikbaar zou zijn, ze op een andere plek toch door konden werken. Ze dachten na over wat ze op die locatie minimaal nodig hadden om hun werk toch te kunnen blijven doen.
Voor mij voelde het alsof ik midden in een gesprek viel. We waren bezig de details van een oplossing te bespreken, maar op welk probleem was die oplossing nou een antwoord?
Oplossingen geven ons een fijn gevoel
Het is altijd fijn om bezig te zijn met oplossingen. Het geeft ons het idee dat we concreet bezig zijn met een verbetering. Voor zo’n tweede locatie bijvoorbeeld is er van alles dat geregeld moet worden, en dat brengt ons lekker in de “doe”-stand.
Dat zie je vaak bij zelfverdediging. Kijk een paar filmpjes van Amerikanen die iets vertellen over hun vuurwapens, en je ziet mensen die blaken van het zelfvertrouwen. Ze staan te glunderen alsof ze de koning te rijk zijn. Maar datzelfde geldt net zo goed voor beoefenaars van allerlei vechtsporten in Nederland. Praat eens met beoefenaars van krav maga, jiu jutsu of andere disciplines, en je hoort in alles wat ze zeggen doorklinken: “Dit is dé oplossing, en ik ben er bekwaam in!”
Begrijp me niet verkeerd – al deze dingen zijn iets positiefs. Het is goed voor je mentale gezondheid om aan dingen te werken die je kunt doen. Of het nou krav maga of een vuurwapen is, dingen leren om te doen, dingen die je handelingsmogelijkheden uitbreiden, zijn altijd een dikke plus.
De valkuil is alleen dat je zo gecharmeerd bent van de oplossing dat je niet meer beseft dat het een oplossing voor een specifiek probleem is. En misschien is dat specifieke probleem niet jouw probleem. Vooral in de wereld van zelfverdediging is dit lastig. Neem nu bijvoorbeeld even de tijd om je voor te stellen wat de precieze situatie is waarin krav maga of een vuurwapen een uitkomst biedt. Schrijf het op of teken er een plaatje van.
Vergelijk dit plaatje met de vervelende situaties waar jij zelf of waar vriendinnen van jou in terecht zijn gekomen. Zouden deze oplossingen het antwoord zijn geweest op die situatie?
Na alle beschrijvingen die ik heb gehoord van leerlingen, die ik heb gelezen van daadwerkelijke situaties van grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld, durf ik wel te zeggen – nee, meestal niet.
Ten eerste over (vuur)wapens. Een wapen – welk wapen dan ook – is niet “compatibel” met verreweg de meeste zelfverdediginssituaties. Het zijn eigenlijk twee werelden die niet zoveel met elkaar te maken hebben. Of het nou een mes, pepperspray, stinkarmband of pistool is – het is een antwoord op een probleem dat in verreweg de meeste gevallen niet het probleem is waar je in het echt mee te maken hebt (zie ook mijn eerdere post over wapens en zelfverdediging).
Dan over fysieke zelfverdediginssystemen zoals krav maga, karate, jiu jutsu et cetera. In hun puur fysieke aspect zijn deze systemen wel bruikbaar voor zelfverdediging. Het probleem is alleen dat ze pas nuttig zijn in een ver gevorderd stadium van grensoverschrijding. Het moment dat je met een man op de bank zit en hij wil meer dan jij, bijvoorbeeld. Maar daar is een heel proces aan vooraf gegaan, en het is veel effectiever om ergens in dat proces in te grijpen. In mijn vorige blogpost beschreef ik al dat de problemen die we zien, meestal een uitkomst zijn van een proces van escalatie dat we niet hebben gezien.
Vind het probleem achter het probleem
Daarbij is het probleem van een fysiek gevecht eigenlijk niet het echte probleem. De uitkomst van een verkrachting is zelden tot nooit het resultaat van het verliezen van een fysiek gevecht. Met andere woorden, het probleem dat jou in de weg zit, is niet het probleem dat je oplost met een fysieke training.
Wat is dan het probleem achter het probleem? Verreweg de grootste drempel die ik zie, is dat mensen zichzelf er niet toe kunnen brengen een ander pijn te doen – hoe naar die ander zich ook gedraagt. Zelfverdediging is vooral een probleem van toestemming: jezelf toestemming te geven om voor jezelf op te komen.
En ja, ik weet het: bijna iedereen die dit leest, denkt nu “Nou, voor mij niet. Ik zou hem op zijn gezicht slaan!” Helaas: dat dacht iedereen die ooit slachtoffer is geworden ook. Bij een voorbeeld dat ik vaak geef, zegt 100% van de vrouwen dat ze zich fysiek zouden verweren. Maar 100% van de vele mensen bij wie ik dit in het echt heb zien gebeuren, hebben zich niet verweerd.
En ook vechtsporters worden misbruikt. Dit is waar een wapen of een fysiek systeem zelfs in de weg kan zitten. Aangezien het nog iets ergers is dat je de ander aan gaat doen, verhoogt het de drempel om te gaan handelen. Ik kan me levendig voorstellen dat goede mensen op het laatste moment denken: “Nee, dit ga ik niet doen.”
Hier heeft ons brein echt een verkeerd beeld van de werkelijkheid. En als je dat niet erkent, is dat het probleem achter het probleem achter het probleem. Want je kunt niets doen aan een probleem dat je niet erkent.
En laat dit probleem van toestemming nou net ook de reden zijn waarom wij mensen niet al eerder ingrijpen, namelijk als een situatie nog aan het escaleren is. Veel vrouwen is aangeleerd dat zij verantwoordelijk zijn voor de harmonie in elke situatie. En door “nee” te zeggen, weg te gaan, of andere maatregelen te nemen, verstoor je de harmonie. Het is niet zo dat het onmogelijk is om in te grijpen. We doen het niet omdat we het gevoel hebben dat ingrijpen ons een slecht mens maakt. We zorgen niet voor onszelf omdat we dat van onszelf niet mogen.
Dit is waarom daders vaak beginnen met kleine grensoverschrijdingen. Als jij geen “nee” zegt, is de kans dat je jezelf fysiek gaat verdedigen al helemaal klein. Voor hem een eenvoudige test om er zeker van te zijn dat jij straks niet ineens voor jezelf op komt.
Dit is het centrale probleem achter het probleem. Alle tools, wapens, vechtsporten en gadgets gaan je niet helpen als je het probleem van toestemming niet eerst hebt opgelost.
Pak het juiste probleem aan
Het lastige hieraan is dat dit moeilijker is te leren dan slaan op een boksbal, schieten op een target of een techniek uit je hoofd leren. Het positieve is dat je hier overal, op elk moment aan kunt werken.
Als ik in de dojo iemand zie werken met een zwaard, of op de schietbaan met een vuurwapen, kijk ik eigenlijk het meest naar hoe goed die persoon omgaat met de veiligheidsregels. Het moment dat iemand denkt dat hij te ervaren is om zich nog strikt aan de regels te houden, is het moment dat ongelukken gebeuren. Terwijl als iemand, hoe ervaren ook, zich realiseert dat ze de dood in hun handen hebben en daarnaar handelt, heb ik geen twijfel dat deze persoon een goede schutter of zwaardvechter kan worden.
Met al deze dingen geldt namelijk: het gaat om de basis. “Bijna alle high-level shit in bijna elke discipline bestaat voor 90% uit de basis heel, heel goed uitvoeren”, tweette maker Naomi Wu onlangs.
Dat is ook de reden dat ik zo hamer op het hebben en houden van een eigen bankrekening. Ik heb teveel fysieke en emotionele schade zien ontstaan door het simpele feit dat iemand financieel niet weg kon. De eerste en belangrijkste stap om aan te werken is onafhankelijkheid. Of dat nou financieel is of mentaal.
En dat betekent dus omgaan met die drempel. Omgaan met het gebrek aan toestemming dat je voelt. Elke keer als je voelt dat je iets niet doet dat eigenlijk goed voor je zou zijn, is de vraag: waarom? Om dit te oefenen heb je geen crisissituaties of speciale hulpmiddelen nodig. Het kan gewoon, elke dag, in je alledaagse leven.
Dit is de reden dat ik vaak zeg “Het fysieke werkt niet zonder het mentale.” Een perfecte training gaat je niets helpen als je jezelf niet de toestemming kunt geven om het te gebruiken.
Elke bezigheid kan iets toevoegen aan je leven
Daar wil ik dus niet mee zeggen dat de oplossingen op zichzelf niet goed zijn. Bijna alles is beter dan niets doen. En van bijna alles kun je iets leren. “Degene die goed is in één ding en niet in iets anders mist het punt. Hij heeft het in zijn mogelijkheden om goed te worden in wat hij maar wil”* schrijft schutter Brian Enos in zijn boek Practical Shooting.
In 1632 schreef Yagyu Munenori, trainer van de bodyguards van het hof: “In situaties waar mensen bij elkaar zijn, als je met je hart de dynamiek van de mensen observeert, is dat ook onderdeel van de gevechtsmethode. Als je de dynamiek niet observeert, blijf je te lang in situaties en kom je zonder reden in de problemen.” Even later zegt hij: “Het inrichten van een kamer met alles wat je nodig hebt, en die plek daarmee beter maken, is de dynamiek van de ruimte zien, en ook dat gaat niet zonder het hart van de gevechtsmethode.”**
In de moderne zelfverdediging noemen we dit “principles-based training”. Dat betekent dat we niet de nadruk leggen op technieken die je uit je hoofd moet leren. Jouw lichaam begrijpt natuurkunde. Je hebt je lichaam al je hele leven, en je gaat al je hele leven dagelijks om met allerlei situaties waarin je dingen moet optillen, verplaatsen, verschuiven, of gebruiken als gereedschap.
Als je kunt opstaan, lopen en fietsen, kun je omgaan met zwaartekracht en balans. Je kunt dus al vechten. Dansen, een muziekinstrument bespelen en de meeste sporten zijn moeilijker te leren dan jezelf verdedigen, omdat ze bestaan uit “verzonnen” bewegingen. Alle bewegingen die je nodig zou kunnen hebben tijdens vechten zijn spontaner en natuurlijker voor je lichaam dan vijf noten spelen op een piano.
Zoek de weg naar handelen
Het belangrijkst is dus dat je een basis legt voor handelen. Dat je de “dynamiek van de mensen in de situatie” gaat zien, zoals Yagyu schrijft. Maar meer nog, dat je de mogelijkheden gaat zien die je al hebt. Andere mensen zich laten gedragen zoals jij wil, is onmogelijk. Andere mensen zijn geen poppetjes die je kunt bewegen. Je kunt alleen jezelf bewegen.
Eerder vroeg ik je op te schrijven wat de vraag is waarop de oplossingen die jij kent een antwoord zijn. Dat is natuurlijk een beetje de omgekeerde volgorde. Mijn voorstel is met de vraag te beginnen. Wat is het probleem achter het probleem?
Als voorbeeld kun je situaties nemen waar jij of je vriendinnen in beland zijn. Dat is niet om jezelf op je kop te geven over hoe je indertijd gehandeld hebt. Dat heeft geen enkele zin: jij deed wat je kon met de middelen die je toen had en dat heb je goed gedaan.
De vraag is dus niet: “Wat had ik anders kunnen doen?” want dat is niet zinvol. De vraag is: “Wat als zo’n soort situatie zich nog een keer voordoet?” Het verleden kun je immers niet veranderen. Zelfverdediging gaat puur over de toekomst: wat kun je in de toekomst doen om een uitkomst te krijgen die goed is voor jou?
Zelfverdediging leren betekent dat je nieuwe middelen krijgt. Met die nieuwe middelen – waarvan toestemming de belangrijkste is – wat zou je op welk moment kunnen doen om de volgende keer een andere uitkomst te krijgen? Kies bijvoorbeeld drie situaties die je één voor één analyseert.
Vergeet daarbij niet dat die situatie al is geëscaleerd voordat jij ueberhaupt in beeld bent. Jij hebt geen aandeel in de escalatie: die onbeleefde vijftiger in de supermarkt is al jaren onbeleefd, en de dader in de club heeft al besloten een dader te worden voor hij van huis is gegaan.
Vragen leiden, oplossingen volgen
Als je analyseert wat er écht gebeurt in zo’n soort situatie, kun je een keten van gebeurtenissen tekenen, en van elke gebeurtenis in de keten zeggen of je die fijn vindt of niet. Als je de gebeurtenis niet fijn vindt, wat zou je dan kunnen doen om de uitkomst te veranderen? En, als je daar nu nog niet de middelen voor hebt, welk middel heb je dan nog nodig?
Oplossingen zijn verleidelijk, omdat ze ons een goed gevoel geven. Vragen voelen eng, omdat ze gaan over dingen die we nog niet weten. Maar dingen waar we liever niet naar kijken, worden groter en enger dan ze zijn. Terwijl, als we onze aandacht richten op de vraag, en daarop antwoorden gaan bedenken, worden we dapperder, sterker en vindingrijker.
En, zoals gezegd, de belangrijkste dingen, de basis: daar kun je overal aan werken. Of het nou een wandeling is, of thee zetten of je kamer opruimen: je beweegt, je observeert, je denkt na over de mogelijkheden… en je handelt.
———————————————————————————-
* Enos, Brian. Practical shooting: Beyond fundamentals. Loose cannon. loc.120.
** Yagyu, Munenori. Het boek van in-house overlevering van de gevechtsmethode. Tokyo: Iwanami. (Mijn vertaling). pp. 25-26.