De keerzijde van handelingsperspectief

Iets nieuws leren is altijd moeilijk. Vaak kom je erachter dat je gewend bent om op een bepaalde manier over dingen na te denken. Als je een gedachte vaak hebt, dan komt hij ook steeds gemakkelijker terug. Als een grasveld waar je steeds hetzelfde paadje hebt gelopen, totdat het gras niet meer groeit en een soort weg is ontstaan.

Iets leren, aan jezelf werken, betekent vooral andere dingen doen. Niet datzelfde paadje anders lopen, maar een ander paadje maken. En daarbij kun je nogal wat obstakels tegenkomen. Dat paadje is niet voor niets de makkelijke weg. Welke obstakels kun je tegenkomen, en hoe kun je je toch een nieuwe weg banen?

“Geen zin”

Ik noemde hierboven obstakels, maar meestal zijn ze niet zo makkelijk herkenbaar. Er staan geen waarschuwingsborden voor, en het is niet zo makkelijk als in de fysieke wereld, waar je gewoon ergens overheen kunt klimmen. Meestal uit zo’n obstakel zich in het gevoel van “geen zin hebben.” Ik heb geen zin om naar de les te gaan. Ik heb geen zin om het huiswerk te doen. Ik heb geen zin om dit te leren. Ik heb geen zin om hieraan te werken.

Het eerste dat de meeste mensen tegenkomen bij zelfverdediging is: oei, dit gaat ook over fysiek geweld. Vrouwen zijn meestal wel gewend pijn te ondergaan. Uitdelen is moeilijker. Dus het eerste waar je vaak geen zin in hebt, is een ander pijn doen.

En dat is volledig normaal. Wij mensen zijn gemaakt om in groepen te leven, en dus niet om een ander mens geweld aan te doen. Ieder normaal mens denkt ergens tijdens een les wel eens “Hm, zou ik dit écht tegen een ander mens gebruiken?”

Maar deze cursus heet zelfverdediging. Wat je hier leert, ga je alleen gebruiken om te voorkomen dat iemand jou beschadigt. Je hoeft dus helemaal geen zin te hebben om een ander pijn te doen. Beter van niet zelfs. In plaats daarvan is het belangrijk te zien dat de wereld niet eerlijk is. En dat je dus soms geweld moet gebruiken, ook al zou je dat zelf liever niet doen.

Bij dit eerste obstakel is “geen zin” dus eigenlijk niet zo relevant. Het gevoel van “geen zin” mag er gewoon zijn. Terwijl je dat gevoel er gewoon laat zijn, kun je best leren wat noodzakelijk is in het leven.

Het ideaal van geweldloosheid

Het kan ook zijn dat je een heel sterk negatief oordeel bij geweld hebt. Misschien heb je in je jeugd veel geweld gezien of ondergaan, en denk je “Dát ga ik een ander nooit aandoen.” Misschien is het gewoon je (goed onderbouwde) mening. Je vindt dat je altijd geweldloos moet zijn.

Je zou wel willen leren voor jezelf op te komen, maar je vindt dat je dat alleen met woorden moet kunnen doen. Of je denkt dat als je je dan toch fysiek moet verdedigen, dat je je aanvaller met een houdgreep of een klem onschadelijk kunt maken. Dat je je fysiek kunt verdedigen zonder de ander pijn of schade te berokkenen.

Helaas zijn al deze ideeën onrealistisch. Je kunt iemand die jou kwaad wil, niet met een houdgreep of een klem van je af houden, laat staan stoppen. En woorden kunnen, in plaats van dingen te verbeteren, de situatie juist veel en veel erger maken. Pijnloze zelfverdediging bestaat niet. En je kunt niet geweldloos leven.

Ik gebruik vaak het voorbeeld van een kind van wie een ander kind het speelgoed afpakt. Zo’n kind wordt boos, begint te duwen en te trekken en tenslotte te slaan en te schoppen. Dat is een normale reactie – een ander mag jouw spullen immers niet afpakken. Aan kinderen kun je zien dat ieder mens al een compleet zelfverdedigingssysteem heeft ingebouwd: we weten wanneer onze grenzen worden overschreden en we kunnen daar op reageren.

Maar dat is natuurlijk vervelend nieuws voor daders van allerhande misdaad. Je kunt een gezond mens eigenlijk weinig maken. Daders zoeken dus allerlei manieren om die natuurlijke zelfverdediging te omzeilen. Een van die methoden is “grooming”. Grooming betekent dat jij wordt klaargemaakt om jezelf als slachtoffer op te stellen. Je leert in feite aan dat je niet voor jezelf op mag komen.

Grooming kan kort duren of lang: van misschien vijf minuten tot jaren lang. Als het kort heeft geduurd, is het uiteraard makkelijker op te heffen dan als het langer heeft geduurd. Bij slachtoffers van een korte grooming kun je dit vaak zien gebeuren. Zodra ze beseffen dat ze zich van de dader niet mogen verdedigen, vinden ze hun boosheid terug. Ze storten zich in elke oefening, gaan er in hun eigen leven mee aan de slag en maken snel vorderingen.

Die boosheid is namelijk de motor. Het plotseling opkomende gevoel van boosheid vertelt je dat er nu iets gebeurt dat niet goed voor jou is. Dat jouw grenzen worden overschreden. En het onrustige gevoel dat daarbij hoort, is de energie die wordt klaargemaakt om jou te helpen iets aan de situatie te veranderen. Jouw boosheid is van jou, en hij is er om jouw belangen te behartigen.

Maar als de grooming lang heeft geduurd, is het “ik mag niet” vaak heel groot. Dan is de boosheid heel moeilijk te vinden. Die is weggestopt onder het rigide idee van “ik moet altijd geweldloos zijn.” Voor buitenstaanders is het moeilijk te snappen. Waarom vind je dat jij jezelf niet mag verdedigen? Als jij ooit slachtoffer bent geweest van geweld, dan ben jij toch juist de eerste persoon om te vinden dat je wel geweld mag gebruiken om te voorkomen dat iemand jou nog een keer beschadigt?

Jouw boosheid is van jou, zei ik al, en hij is een onmisbaar onderdeel van een gezond leven. Hoe kun je die boosheid dan weer terugvinden?

Zoals ze in de corruptiebestrijding zeggen: “Follow the money!” Oftewel: kijk wie hiervan profiteert. Wie profiteert er van jouw geweldloosheid? Niet jij. Jij komt keer op keer weer in vervelende of gevaarlijke situaties. Niet je omgeving. Die moet jou steeds weer beschermen – en haakt tenslotte vaak af. Niet de maatschappij. Die moet steeds weer geld en moeite spenderen om jou te helpen bij allerlei problemen.

Wie profiteert er dan wel van het idee dat je zelfs voor zelfverdediging geen fysiek geweld mag gebruiken? Wie profiteert er van geweldloosheid?

Het antwoord is helaas heel simpel: daders. Een dader is in eerste instantie op zoek naar iemand die zich niet gaat verdedigen. Die houding van geweldloosheid komt hem perfect uit. Hij zou zeggen: “Ha, nu heb ik je precies waar ik je wil hebben.” Het effect van absolute “geweldloosheid” is dus hetzelfde als het effect van grooming. Je hebt misschien een andere weg genomen, maar je bent op dezelfde plek terecht gekomen, en de dader lacht in zijn vuistje.

Bedenk je in plaats daarvan eens wat een kind zou doen. Een kind dat schreeuwt, slaat en schopt omdat iemand haar speelgoed afpakt – dat klopt. Dat is een reactie die past bij de actie die eraan vooraf gaat. Op een verschrikkelijke manier beschadigd worden en dan “geweldloos” willen zijn, klopt niet.

Er hoort dus boosheid tegen de dader te zijn. Die moet eerst worden bevestigd. Hij heeft jou dat echt geflikt en dat had hij nooit mogen doen. Punt.

Daarna is er de boosheid in het nu. Je kunt beginnen met dat gevoel van boosheid eerst te herkennen. Niet te vragen waarom of wat het nou precies is. Alleen herkennen, “Hee, ik ben boos.” Als je dat herkent, kun je gaan uitzoeken waar je boos over wordt. Dat doe je door je af te vragen hoe jouw boosheid op dit moment probeert jouw belangen te behartigen. Welke grens van jou wordt er op dit moment overschreden?

Zodra je kunt aanwijzen welke grens wordt overschreden, en kunt inzien dat jouw boosheid daarover terecht is, kun je je losmaken van de grooming, en leren voor jezelf op te komen in de toekomst. (Speciaal voor hulpverleners heb ik al geschreven over het belang van boosheid.)

“Ik wou dat ik weer een kind was”

Een ander obstakel dat je kunt tegenkomen, is dat je eigenlijk helemaal niet meer mee wil doen aan deze wereld. Je ziet de wereld op het nieuws en je denkt: “Hier heb ik niet om gevraagd. Hier heb ik niet voor gekozen.” En misschien denk je dan: Hier wil ik niet aan meedoen. Laat andere mensen het maar uitzoeken. Ik wou dat ik weer een kind was.

En misschien blijft dat niet bij een verzuchting. Misschien draag je vaak kinderlijke kleding: felgekleurde regenlaarsjes, kleurige maillots, poppige jurkjes. Misschien praat je een beetje als een kind, met veel “-tje”. Misschien zelfs met een kinderstemmetje. Zo maak je je eigen wereld, die niks met die wereld van het nieuws te maken heeft.

De wens om weer een kind te zijn, is heel begrijpelijk. Verderop in deze blogpost zal ik uitleggen waarom. Maar net zoals de wens om “geweldloos” te zijn, heeft ook deze wens niet de uitkomst die je zoekt. Net zoals bij “geweldloosheid” kun je ook hier weer zeggen: Follow the money. Wie profiteert hiervan? Niet jij. Jij kunt niet je hele potentie waarmaken. Niet je omgeving. Die moet voor jou gaan zorgen. Niet de maatschappij. Wie profiteert er dan wel van volwassenen die zich als kind opstellen?

Vraag je eens af: wat voor soort mannen komen af op een kinderlijke vrouw? Welk soort mannen willen een seksuele relatie met een kind? Is daar niet het een en ander mis mee? En wat zal een gezonde man denken? Die wil toch een echte vrouw? Grote kans dat je dus juist de verkeerde types op je af krijgt, terwijl de gezonde mannen weg blijven. In plaats van dat je aan de vervelende aspecten van de wereld ontsnapt, krijg je er dus juist meer mee te maken. Wie profiteert hiervan? Daders.

Als alles je nou eenmaal overkomt

Hoef je niet zo nodig geweldloos te zijn, en wil je ook geen kind meer zijn, maar lijkt er toch altijd iets tussen jou en krachtig worden in te staan? Overkomt jou van alles, zonder dat je daar zelf iets aan kunt doen? Kom je wel naar de cursus maar ben je vaak te laat, mis je lessen, doe je het huiswerk niet, praat je liever dan oefeningen te doen, zeg je vaak “Ja maar”? Weet je dat er goede redenen zijn om dit te leren, maar lijkt er altijd iets te zijn waardoor het “niet lukt”?

In het boek De aantrekkingskracht van foute mannen*, van Carolien Roodvoets, vertelt een vrouw dat haar man hun dochter jarenlang seksueel misbruikte. “Ik heb het niet geweten, maar wanneer ik werkelijk de problemen in mijn gezin had durven zien, had ik het kunnen weten,” zegt de vrouw.

Dat is natuurlijk verschrikkelijk pijnlijk. “Wanneer ik werkelijk de problemen in mijn gezin had durven zien”, zegt de vrouw. Niet durven zien betekent natuurlijk dat je het al lang hebt gezien, maar hebt weggekeken. En die keuze heeft ertoe geleid dat je dochter verschrikkelijk is beschadigd.

De vrouw in het boek reageert uiteindelijk volwassen: ze scheidt onmiddellijk van haar man, moedigt haar dochter aan aangifte te doen, en voelt zich schuldig – met andere woorden, ze realiseert zich de verantwoordelijkheid voor haar keuzes. Jammer genoeg te laat voor haar dochter.

Maar dat is een moeilijke keuze. Het kan veel makkelijker voelen om te denken dat dingen je “gewoon” overkomen. Dat er niets is dat je kunt doen. Als je vervolgens bij zelfverdediging gaat leren dat je het eigenlijk al wel kan, dan kun je daar een grote weerstand tegen voelen.

Het boek over foute mannen heette oorspronkelijk “Het Monsterverbond”. En dat was eigenlijk best een goede titel, want voor elke foute man die Roodvoets beschrijft, beschrijft ze een type vrouw dat ermee in zee gaat. En ik vermoed dat het heel makkelijk is om met allerlei foute mannen in zee te gaan als dingen je “gewoon overkomen”. Als je “nou eenmaal verliefd” wordt en daar “niks aan kunt doen”.

Net zoals bij “geweldloosheid” en “weer een kind willen zijn” is het effect van denken dat “dingen jou nou eenmaal overkomen”, ook weer het tegenovergestelde van wat je graag wilt bereiken. Je problemen worden er namelijk niet minder door, maar juist meer. Follow the money. Wie profiteer ervan als alles in jouw leven je nou eenmaal overkomt? Als je nergens grip op hebt? Wat voor soort mannen zoeken dat soort vrouwen op? En gezonde mannen, wat vinden die van een vrouw die geen grip heeft op haar leven? Die niet kiest tussen de mensen die haar leven binnenkomen, die misschien al meerdere foute vriendjes heeft gehad?

Foute vriendjes uitzoeken – dat moet je toch helemaal zelf weten? Uiteraard. Als je alleen bent. Maar niet als er kinderen in het spel zijn. Het is jouw verantwoordelijkheid, schrijft Roodvoets, om een goede vader voor je kinderen te zoeken. Om niet weg te kijken. Hij gaat niet veranderen, dus er gaat alleen iets veranderen als jij iets onderneemt. Natuurlijk, er zijn nog meer mensen in je leven die het ontgelden als jij een foute man kiest, maar die hebben de mogelijkheid om weg te gaan. Kinderen niet.

De keerzijde van handelingsperspectief

Wat al deze vormen van weerstand met elkaar gemeen hebben, is dat ze je in de weg staan om krachtig te worden. Natuurlijk heb je geen weerstand tegen het krachtig worden zelf. Als mensen willen we graag krachtig worden. Volgens de sociale psychologie is het zelfs één van onze hoofddoelen**. Krachtig worden betekent dat we meer invloed op de wereld om ons heen hebben, zodat we beter kunnen voorspellen wat de effecten van onze handelingen zijn, en zo betere resultaten krijgen. Dat noemen we ook wel handelingsperspectief.

Maar soms is er een reden waarom handelingsperspectief ons geen fijn gevoel geeft. Een reden waarom het fijner is te zeggen dat we een ander echt niets aan zouden kunnen doen. Dat we het liefst weer een kind zouden zijn. Dat dingen ons “overkomen”. Dat we geen invloed hebben op de wereld om ons heen. Er is namelijk een keerzijde aan handelingsperspectief. En die keerzijde heet eigenaarschap. Heb je handelingsperspectief, dan heb je automatisch ook eigenaarschap. Die twee zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Je bent verantwoordelijk voor de keuzes die je maakt en de handelingen die je doet. En dat is soms pijnlijk, soms beangstigend.

Weerstand tegen jezelf verdedigen, tegen volwassen zijn en grip op je leven krijgen is dus eigenlijk weerstand tegen verantwoordelijkheid. En eigenlijk is dat… onmogelijk. Als kind kun je zeggen: “ik wil niet meer mee doen met dit spelletje.” Maar als volwassene niet. De wereld is er nou eenmaal. Je komt nou eenmaal allerlei soorten mensen tegen. En daar zitten nou eenmaal mensen tussen die het niet goed met jou voor hebben.

Dit gaat niet over eerlijk of oneerlijk, rechtvaardig of onrechtvaardig. Want natuurlijk zou het niet jouw verantwoordelijkheid moeten zijn dat een ander jou niet aanvalt. Natuurlijk moet een ander van jou afblijven. Natuurlijk moet een ander jouw grenzen respecteren. Daar gaat zelfverdediging helaas niet over. Zelfverdediging is puur praktisch: ervoor kiezen om niet krachtig te zijn is niet de oplossing die jij zoekt. De verkeerde mensen komen af op iemand die niet krachtig wil zijn: mensen die graag anderen zwak willen houden. Herinnner je je mijn definitie van grooming? Dat je jezelf als slachtoffer gaat opstellen. Niet krachtig worden – daar profiteren alleen daders van.

De enige uitweg is omhoog

Uiteindelijk gaat zelfverdediging over gelukkig worden. Over het beste leven leiden dat je kunt leven, de beste versie worden van jezelf die je kunt zijn. Het gaat over fijne relaties met goede mensen om je heen opbouwen, en de ongezonde mensen loslaten. Over een fijne partner vinden, en afscheid nemen van de foute vriendjes.

Ik noemde al “je potentie waarmaken”. Alles worden wat je kunt zijn als mens. Dat mag. Je mag de beste versie worden van jezelf, want daar worden juist de goede mensen beter van, en het geeft daders minder kansen om slachtoffers te maken. En de truc daarvoor is om het om te draaien. Om juist het eigenaarschap op te pakken. Het niet te zien als een keerzijde van handelingsperspectief die er helaas ook bij hoort. Maar zelf te zeggen, zelf te kiezen: “Ik maak mezelf hier nu verantwoordelijk voor”. Probeer het maar eens met kleine dingen. Misschien komt het handelingsperspectief dan wel vanzelf.

Volwassen zijn betekent eigenaarschap nemen. Het betekent verantwoordelijkheid nemen voor je eigen keuzes en handelingen. Hoe oneerlijk de wereld ook is. Hoe moeilijk het ook gaat. Krachtig worden, fysiek goed voor jezelf zorgen, normaal en gezond eten, sporten, bewegen, leven tot in je vingertoppen. Je eigen geld verdienen, je eigen bankrekening hebben, je eigen leven leiden. De beste versie worden van jezelf. Dat kun je.

De beste manier om minder aantrekkelijk te worden als doelwit, is door de beste versie van jezelf te worden. De beste manier om daders uit je leven te weren, is krachtig te worden. De beste manier om gezonde mensen in je leven uit te nodigen, is iemand te worden waar gezonde mensen zich toe aangetrokken voelen.

De enige uitweg is omhoog.

————————————————————————————–
* Roodvoets, Carolien. De aantrekkingskracht van foute mannen. Gottmer Uitgevers Groep B.V., 2017.
** Smith, Eliot R. and Mackie, Diane M. Social Psychology, 3rd Edition. Taylor & Francis Ltd, 2007. (pp. 17–18)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *