Inmiddels hebben we richtlijnen over het bespreken van bepaalde onderwerpen in de media, en eigenlijk zouden we die voor (seksueel) geweld ook moeten hebben. Maar aangezien die nog niet bestaan, hier dan een overzicht met een aantal belangrijke mythen die gevaar op leveren als ze verspreid worden.
Mythe 1: Vechtsport is zelfverdediging
Er worden nog steeds vechtsporten en martial arts verkocht met het idee dat dit een vorm van zelfverdediging is. Dat is niet zo. Als je op school vechtsport en zelfverdediging zou krijgen, zouden het twee aparte lessen zijn, gegeven door twee verschillende leraren in twee verschillende ruimtes.
Je kunt het vergelijken met spelletjes op je telefoon. Candy Crush en Zombie Fire zijn twee totaal verschillende spellen met totaal verschillende regels en totaal verschillende mogelijkheden om te handelen en om te winnen. Zo is het ook met vechtsport en zelfverdediging.
Vechtsport bereidt je niet voor op echt (seksueel) geweld. Het heeft allerlei voordelen en is leuk om te doen, dus als je eraan doet, ga daar vooral mee door. Maar vechtsport is echt iets anders dan zelfverdediging. En het is zeer onverantwoordelijk om iemand vechtsport te verkopen alsof het zelfverdediging zou zijn.
Mythe 2: Als je in een noodsituatie zit, geef je hem er wel van langs!
In de les gebruik ik altijd een voorbeeld van aanranding dat ik vaak zie. Als ik dit voorbeeld noem, zegt 100% van de leerlingen dat ze in die situatie die man een klap zouden verkopen, en direct weg zouden gaan. In 100% van de gevallen die ik hiervan in het echt zie, doet niemand dat. Dus daar gaat iets flink mis.
Als jouw normale manier van omgaan met situaties is dat je meegaand, vriendelijk en conflictvermijdend bent, kun je niet van jezelf verwachten dat je in een crisissituatie ineens iets anders gaat doen. In een crisis ben je niet je beste zelf: je bent je onhandigste, traagste, zwakste, saaiste zelf. Je gaat dingen doen zoals je ze altijd doet.
Dus het werk dat je te doen hebt is ervoor zorgen dat jij iemand wordt die niet alleen in overtuigingen maar ook in handelingen en routine haar eigen beslissingen neemt en voor zichzelf opkomt. Dat begint met eigenwaarde, assertiviteit en autonomie. Zeker als je al een keer slachtoffer bent geweest, ligt daar nog veel werk.
Mythe 3: Oefenen op een boksbal of kussen is genoeg voorbereiding
Oefenen op een boksbal of stootkussen kan zeker helpen. De meeste mensen leren in een paar minuten een paar honderd procent harder te slaan. Dat is dus niet zo moeilijk. Maar het kan helpen om te blijven oefenen.
En het helpt jezelf aan te leren iets te ondernemen. Dat is namelijk eigenlijk wat agressie is, van het Latijn ad gradere: ergens naartoe gaan. Gezonde agressie is de wil en het initiatief om daadwerkelijk iets te gaan zoeken dat goed is voor jou. Dat is essentieel.
Maar op een boksbal slaan en op een mens slaan zijn twee totaal verschillende dingen. Dat je het ene kunt, betekent niet dat je het andere ook kunt. Dat verschil zit in je hoofd. Want wat in je hoofd zit, bepaalt hoe je uit die situatie gaat komen.
Ieder gezond mens heeft een aantal drempels om een ander pijn te doen. Die drempels heb je ook in een crisissituatie; die gaan echt niet zomaar weg. Wat je nodig hebt zijn manieren om met die drempels om te gaan, zodat je in het echt toch kunt doen wat nodig is. En dat leer je niet op een stootkussen. Dat is mentale training. Het fysieke werkt niet zonder het mentale.
Mythe 4: Als het echt is, dan wordt je wel boos!
In werkelijkheid worden maar heel weinig mensen boos. Het eerste wat gebeurt is dat je bevriest. Dat is normaal: professionals, agenten, ambulancepersoneel; iedereen bevriest. Bevriezen is onze natuurlijke crisisreactie. Als hier geen aandacht aan wordt besteed, is het geen echte zelfverdedigingstraining. In de cursus die ik geef, besteed ik hier een complete les aan. Niet aan wat je er tegen kunt doen, maar aan wat je er mee kunt doen.
Daarna gaan mensen, zoals gezegd, doen wat ze normaal doen. En aangezien de meeste mensen vriendelijk en behulpzaam en conflictvermijdend zijn, is dat wat ze nu ook gaan doen. Mensen gaan proberen vrienden te maken met hun aanvaller. Ze gaan flirten en complimenten geven.
Boosheid is een heel handige, belangrijke en bruikbare emotie, dus als je die voelt, zet hem in. Maar de kans dat je hem gaat voelen is heel klein, dus reken er niet op. Dus je zult manieren moeten leren om fysiek geweld te gebruiken tegen iemand op wie je niet boos bent. Iemand die aardig, knap, verzorgd en goed gekleed is, met een vlotte babbel.
Mythe 5: Koop product X en je bent veilig!
Er komen regelmatig producten op de markt die je moeten helpen om jezelf te verdedigen. In het krantenartikel dat ik hierboven benoemde, ging het over een “panic button” in de app Tinder, die je kunt gebruiken als je in gevaar bent.
Ten eerste: mobiele telefoons hebben hiervoor vaak al ingebouwde systemen, en er zijn ook allerlei apps voor. Maar hier geldt mythe 2. Heb je je panic button geïnstalleerd en opgezet op je telefoon? Neem je regelmatig de tijd om ermee te oefenen? Heb je scenario’s geoefend en “triggers” ingestudeerd voor wanneer je jezelf gaat dwingen die knop te gebruiken? Nee? Dan heb je er niks aan.
Het probleem met al deze producten is dat je je initiatief en gezonde agressie verschuift naar iets buiten jezelf. En dat is per definitie het omgekeerde van wat je nodig hebt in een crisissituatie. Hetgene dat bepaalt of je hier goed uit gaat komen of niet, zit in jou. Jouw eigenwaarde, Jouw initiatief, jouw agressie, jouw actie.
Dingen gebeuren op plaatsen. En bij seksueel geweld: meestal binnen, meestal in sociale settings. Of het nou een mes is, of pepperspray, of een rape-X of een invi armband: elk extern hulpmiddel is een vorm van opschalen van je kracht. En het is juist gebruik van kracht dat voor de meeste mensen een drempel is. Grote kans dus dat je het voor jezelf moeilijker maakt om te gaan handelen.
Tegelijkertijd gooit het voor de aanvaller roet in het eten. De kans dat hij dus ook zijn kracht gaat opschalen, is groot. Als jij van je eigen interne kracht gebruik maakt om je een weg naar buiten te vechten, laat dat hem geen opening om mee te werken. Maar als jij vertrouwt op een product of wapen dat je afgepakt kan worden, en verder niks interns hebt om te gebruiken, is de kans groot dat je daarvoor heel hard afgestraft gaat worden.
Heb je veel met je product of wapen geoefend? Heb je een goed plan klaarliggen voor hoe je het gaat gebruiken en doorloop je dat regelmatig mentaal? Heb je triggers ingestudeerd voor wanneer je jezelf gaat dwingen over die drempel te stappen en je hulpmiddel te gebruiken? Zelfs als het in bijvoorbeeld een club of restaurant of een treincoupé is? Zelfs als er vrienden of kennissen van je bij zijn? Als er gefilmd wordt? Als je een flinke slok op hebt? Als je vrienden tegen je zeggen dat je niet zo flauw moet doen? Meer dan dat, ben je bereid je hulpmiddel te laten voor wat het is en volledig op je eigen capaciteiten te vertrouwen? Heb je je eigen capaciteiten zo getraind dat je ze ook echt gaat gebruiken? Als je op een van deze vragen “nee” hebt geantwoord, is een hulpmiddel geen voordeel, maar een gevaar voor jezelf.
Producten of wapens verkopen als oplossing voor seksueel geweld is zeer onethisch. Het speelt in op het vermijdingsgedrag van mensen en geeft ze een vals gevoel van veiligheid. In de combinatie “wapen” en “jij” ben jij de zwakste schakel, en elk product of wapen zal jou minder weerbaar maken en vereist dus meer training. Meer over dit onderwerp: zie Wapens en zelfverdediging.
Mythe 6: Je kan beter niks doen, dan wordt het tenminste niet erger
Het belang van een goede zelfverdedigingstraining is dat een aantal dingen helaas niet voor de hand liggen. Een van die dingen is “escalatie” en “de-escalatie”. Die woorden betekenen: “dat het erger gaat worden” en “dat het minder erg gaat worden”. De meeste mensen hebben het idee dat praten, vrienden maken, niet-bedreigend overkomen, zacht zijn, compromissen sluiten en onzelfzuchtig zijn, de situatie minder erg maken. Helaas werkt dat precies omgekeerd.
Geweld wordt juist erger als je je niet verdedigt. Daders beschrijven het zelf wel eens als woede: “Die bitch verdedigde zich niet eens; nou, dan krijg je het ook!” – waarna ze pas echt los gaan. Dit fenomeen zien we over alle typen geweld, van straatroof tot aan oorlogvoering. Als je die dynamiek niet begrijpt, is de kans groot dat je een verkeerde beslissing gaat nemen.
Het is natuurlijk een open deur dat als je je niet verdedigt tegen een verkrachter, hij je gaat verkrachten. Maar het kan dus ook nog erger worden doordat je je niet verdedigt: harder, naarder, gemener en met een flink pak slaag na. (En, nee, dit is niet victim blaming; de schuld ligt bij de dader maar in jouw eigen toekomst mag jij ook wat in te brengen hebben – toch?)
Bovendien: zou je het advies om je niet te verdedigen ook aan iemand geven die op het punt staat vermoord te worden? Natuurlijk niet. En hoe weet jij dat hij niet al vanaf het begin van plan is je te vermoorden? Dat hij zegt dat hij je alleen maar wil verkrachten betekent niet dat hij niet in de andere kamer het plastic al heeft klaarliggen om het lijk af te voeren (voorbeeld uit de werkelijkheid, overigens).
Daarom is het letterlijk van levensbelang dat je met een gepast niveau van geweld reageert op een bedreiging. Je gaat daar weg, als het moet door de aanvaller heen. Geen compromissen. Dat is dus heel wat anders dan “vechten” of “je verzetten”. Ook “under-enforcement”, te laag inzetten qua niveau van geweld, is gevaarlijk. Je gaat daar weg, en je bent pas klaar als je op een veilige plek bent.
Niks doen, lief blijven, conflicten vermijden, is het onveiligst wat je kunt doen. Het is van levensbelang om je grenzen te handhaven, en als iemand die niet respecteert, weggaan naar een veilige plaats. Mensen het advies geven dat ze zich beter niet kunnen verdedigen, is extreem onethisch en kan mensen het leven kosten.
Mythe 7: Je bent toch niet sterk genoeg
Het eerste probleem met deze mythe is dat het niet relevant is. Aanvallers zoeken hun slachtoffer altijd uit. Ze zoeken altijd iemand van wie ze denken dat die zwakker is. Als iemand mij aanvalt, zal hij ook sterker zijn dan ik. Zelfverdediging moet nooit een strijd van kracht tegen kracht worden.
Sterker nog, zelfverdediging is geen gevecht (zie Mythe 1). Zelfverdediging is weggaan uit de situatie. Moet je daarvoor geweld gebruiken, gebruik dat dan. Handhavingsprofessionals weten dat het véél moeilijker is om iemand onder controle te krijgen die weg wil, dan iemand die wil vechten.
Als je ’s ochtends uit bed kunt komen, als je naar je werk kunt fietsen, als je naar de supermarkt kunt lopen, ben je sterk genoeg. Is het beter om sterker te zijn? Natuurlijk. En sterker worden heeft geen nadelen, dus ga daar vooral aan werken. Maar bij seksueel geweld in de echte wereld is kracht niet de beperkende factor.
Daarom gaat een goede training zelfverdediging niet zozeer over kracht, maar over toestemming. Toestemming om voor jezelf op te komen. Toestemming om onbeleefd te zijn, om weg te mogen gaan, om voor jezelf te mogen zorgen. Ook dit is weer zo’n punt van zelfverdediging dat niet voor de hand ligt. Daarvoor zijn goede trainingen noodzakelijk.
Mythe 8 (bonus!): Product X, techniek X of systeem X werkt gegarandeerd!
Er bestaan in het leven geen garanties. Mensen iets verkopen dat zogenaamd gegarandeerd zou werken tegen seksueel geweld is onethisch.
Moet je het dan maar opgeven? Nee, natuurlijk niet. Keer het om. “Nee” heb je, “ja” kun je krijgen. Er is geen nadeel aan beter worden. Er is geen nadeel aan je beste zelf worden.
Conclusie: verkeerde informatie is levensgevaarlijk
Ook als zelfverdediging geen zaak is van leven of dood, is het toch van levensbelang. Want leven als je verkracht bent en leven als je niet verkracht bent, dat zijn twee heel verschillende dingen. Het gaat nooit alleen over overleven. Het gaat ook over kwaliteit van leven.
We krijgen al zoveel verkeerde informatie over geweld binnen via series en films (het beste kun je geweld in series en films zien als het tegenovergestelde van de werkelijkheid). Het is vervelend als ook kranten en omroepen mythes over zelfverdediging en seksueel geweld blijven herhalen zonder daarbij kritische opmerkingen te plaatsen.
Zolang er geen richtlijnen zijn over het communiceren omtrent geweld is het belangrijk om berichten in de media met een korrel zout te nemen. Zoals je ook je auto laat repareren door een expert, of met een ziekte naar een dokter gaat, is het belangrijk te snappen dat geweld logica en dynamiek heeft die alleen bij experts bekend is.